|
|
|
|
Bedrijfsmanagement - Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma |
|
|
|
cataloognr | benaming | studiepunten |
1120300008 | Frans II | 6 |
1120300009 | Engels II | 6 |
1120300010 | Verbintenissen/1 | 4 |
1120300014 | Heuristiek/2 | 3 |
1120300034 | Zakenrecht/3 | 3 |
1120300036 | Personen- en familierecht/4 | 5 |
1120300037 | Bijzondere contracten/4 | 4 |
1120300049 | Huwelijksvermogensrecht/1 | 3 |
1121000001 | Erfrecht | 5 |
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Frans II |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300008 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kernondersteunend, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 of 2 - Volledig academiejaar | Contacturen: | 56 | Aantal studiepunten: | 6 | Totaal studietijd: | 156 | Examencontract: | niet mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Frans, | Lector(en) | Yvona Orgielewski |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Het gebruik van de Franse taal wordt verder verfijnd en aanpast aan verschillende economische en juridische situaties/doelgroepen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
- JM104 Creativiteit
- JM106 Het vermogen van communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JM208 Teamgericht kunnen werken
- JM211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM317 Onderhoud, samenwerking en communicatie: hij onderhoudt contacten met externe relaties, hij beheerst onderhandelings- en conflictsituaties, hij behandelt de betwiste zaken, start de nodige procedures, hij onderzoekt en definieert, via bevragingen, de behoeften van de klant, hij maakt afspraken met de klant en geeft hem feedback.
- JM323 Contactbereidheid: hij kan vertrouwen wekken bij de klant, hij onderhoudt contacten, overleg en afspraken met de klant, hij is bereid tot een compromis bij een conflict.
- JM332 Assertiviteit: hij kan een gemotiveerd standpunt verdedigen? Ook tegen superieuren. Hij durft uit te komen voor zijn eigen mening.
- JM338 ICT: hij is een gevorderd gebruiker van het Microsoft Office pakket. Verder hanteert hij electronische informatie-, communicatie- en organisatietechnologie in zijn dagdagelijkse beroepspraktijk. Daarnaast kan hij werken met specifieke juridische software.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Spreek-, luister-, schrijf- en leesvaardigheid ontwikkelen en aanscherpen zodat de student vlot kan communiceren op algemeen en zakelijk vlak, zowel individueel als in groep.
Volgende specifieke doelstellingen worden vooropgesteld:
- De student kan een communicatieboodschap (zakelijk en alledaags) aanpassen aan de ontvanger en gepast reageren op zakelijke boodschappen. (M. II/1, 2, 3en 4)
- De student kan zelfstandig informatie opzoeken en verwerken en deze aan anderen communiceren. (M. II/1, 2, 3en 4)
- De student kan zijn kritische kijk op een specifieke thematiek verwoorden. (M. II/1, 2, 3en 4)
- De student kan informatie en mening duidelijk onder woorden brengen en ingaan op de mening van anderen. (M. II/2, 3en 4)
- De student kan argumenten uit verschillende bronnen samenvatten, probleem helder uiteenzetten, oorzaken en gevolg geven, voor- en nadelen vermelden, oplossingen bieden. (M. II/1, 2, 3en 4)
- De student kan radio/tv-programma’s volgen. (M. II/1, 2, 3en 4)
- De student kan een bondig zakelijk verslag uitbrengen (M.II/2)
- De student kan vakgerichte artikels begrijpen, samenvatten en in duidelijke samengestelde zinnen rapporteren, met duidelijke opbouw van redenering en argumenten vóór en tegen. (M. II/2)
- De student kan persuasieve handelscorrespondentie (klacht, dreigbrief, ) hanteren. (M. II/3)
- Franse handels- en juridische correspondentie verder ontwikkelen. (M. II/2, 3en 4)
- De student kan cijfer- en beeldmateriaal opzoeken, verwerken en aan anderen communiceren. (M. II/2, 3en 4)
- De student kan een bedrijf voorstellen: pertinente economische en juridische informatie distilleren en vakkundig presenteren. (M. II/1, 2, en 3)
- De student kan zelfstandig een sollicitatiebrief opstellen (informatie over het bedrijf opzoeken en verwerken, zichzelf voorstellen). (M. II/4)
- De student kan tijdens een sollicitatiegesprek zichzelf professioneel voorstellen en over zijn carrière/ambities spreken.(M. II/4)
- De student kan formuleringen en stijl aanpassen aan de doelgroep. (M. II/1, 2, 3en 4)
- De student kan deelnemen aan groepsdiscussies over alledaagse of beroepsgerichte onderwerpen.(M. II/2)
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit opleidingsonderdeel moet je geslaagd zijn voor: Frans I
|
|
Andere begincompetenties
|
- Software pakketten (Word, Excell, PowerPoint)
- Vlot en gericht informatie opzoeken in verschillende bronnen
|
LEERINHOUDEN
|
- Uitbreiding van de economische en juridische terminologie aan de hand van vakgerichte teksten (M. II/1, 2, 3en 4)
- Introductie tot de juridische correspondentie met referentie naar een wetsartikel ((M II/1)
- Uitbreiding van de handelscorrespondentie: verzekeringen (M.II/2), klacht (M.II/3), sollicitatie
- Een vonnis analyseren (M. II/1)
- Verschillende types contracten bespreken (M. II/3, 4)
- Rechten en plichten van juridische personen bestuderen (M. II/2)
- Rechten en plichten van de consument bestuderen (M. II/2)
- Statuten analyseren (M. II/3)
- Werkgerelateerde thema's en situaties behandelen : hiërarchie, werkcontract, sollicitatiebrief en -gesprek, aanwerving en ontslag (M. II/4)
- Omschrijving en herkenning van verschillende juridische documenten (M. II/1, 2, 3en 4)
- Vergelijking van juridische en handelsdocumenten (M. II/1, 2, 3en 4)
- Becommentariëren en analyseren van een geschreven, auditief of visueel document (M. II/1, 2, 3en 4)
- Verder werken aan de logische en structurele opbouw van een tekst (geschreven of gesproken) (M. II/1, 2, 3en 4)
- Grammatica uit 1 RP verder toepassen in mondelinge en schriftelijke communicatie
- Nieuwe grammaticale thema's: woorden begrijpen zonder gebruik van een woordenboek (M. II/1), technieken hanteren voor een betere spelling (M. II/1); l'opposition/la concession et négocier/convaincre (M. II/2); le passif (M. II/3); la cause/conséquence et le temps (M. II/4)
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Cursus Frans: Yvona Orgielewski
- Grammaire 2000
- Vertalend woordenboek
- Media (kranten, radio, tv-programma's, internet)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
16
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
16
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
14
|
%
|
Verdere toelichting:
- Hoorcolleges met oefenmomenten, presentaties, rollenspel
- Mondelinge toelichting bij de cursus en de oefeningen dienen tevens als aanvulling voor de te kennen leerstof
- Voorbereiding thuis is voor sommige oefeningen/thema's cruciaal en kan beoordeeld worden als permanente evaluatie
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | evaluatie | 30% | examen in de examenreeks | 70% |
Permanente evaluatie (10%) én mondeling examen (20%) in de loop van de module en een schriftelijk examen van 2 uur (70%) met betrekking tot de geziene leerstof op het einde van de module, met kennis-, inzichts-, toepassings- en open vragen. Deelname aan elk evaluatiemoment is verplicht. Afwezigheid moet gewettigd worden met een doktersattest. Bij een gewettigde afwezigheid neemt student binnen 5 werkdagen contact op met de lector om een inhaaldatum af te spreken. Indien men ongewettigd afwezig is, leidt dit tot een nul voor het betrokken onderdeel. Zie 3.2. Departementale aanvullingen OER.
Permanente evaluatie Mod II/1 :
-
Antwoordbrief over een juridische problematiek (10%)
-
Presentatie van een “juridische casus" (20%)
Permanente evaluatie Mod
II/2
:
- Brief ivm verzekeringen (schade melden en/of antwoord daarop formuleren) (10%)
-
Onderhandelen / overleggen / overtuigen
(20%)
Permanente evaluatie Mod
II/3
:
- klachtbrief (klacht schrijven en/of beantwoorden) (10%)
-
Actuele juridische problematiek van een bedrijf beschrijven en becommentariëren (20%)
Permanente evaluatie mod
II/4
:
-
Sollicitatiebrief (10%)
-
Virtuele CV (20%)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
Een schriftelijk examen van 3 uur met betrekking tot de 4 modules samen, met kennis-, inzichts-, toepassings- en open vragen (70%).
Een mondelinge proef van 15 minuten met een presentatie waarin twee juridische documenten met elkaar vergeleken worden (30% ): acte de création (statuts) - acte de naissance - contrat d'embauche - contrat de vente ou de location - convocation à un entretien de licenciement - notification de licenciement - police d'assurances.
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Engels II |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300009 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kernondersteunend, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 of 2 - Volledig academiejaar | Contacturen: | 56 | Aantal studiepunten: | 6 | Totaal studietijd: | 156 | Examencontract: | niet mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Engels, | Lector(en) | Erika Decock |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Nu we een solide basis hebben, leren we Engels hanteren in diverse zakelijke en juridische situaties.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
- JM104 Creativiteit
- JM106 Het vermogen van communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JM208 Teamgericht kunnen werken
- JM211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM317 Onderhoud, samenwerking en communicatie: hij onderhoudt contacten met externe relaties, hij beheerst onderhandelings- en conflictsituaties, hij behandelt de betwiste zaken, start de nodige procedures, hij onderzoekt en definieert, via bevragingen, de behoeften van de klant, hij maakt afspraken met de klant en geeft hem feedback.
- JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
- JM323 Contactbereidheid: hij kan vertrouwen wekken bij de klant, hij onderhoudt contacten, overleg en afspraken met de klant, hij is bereid tot een compromis bij een conflict.
- JM325 Leergierigheid: hij beseft de noodzaak tot levenslang leren, hij heeft een nooit aflatende interesse voor de evoluties binnen het recht, hij heeft een brede maatschappelijke interesse die zich uit in het volgen van de actualiteit, parlementaire werkzaamheden en ethische kwesties.
- JM332 Assertiviteit: hij kan een gemotiveerd standpunt verdedigen? Ook tegen superieuren. Hij durft uit te komen voor zijn eigen mening.
- JM339 Hij heeft een grondige kennis van grammatica en de woordenschat in het Frans en het Engels. In de beide vreemde talen is hij vertrouwd met de specifieke juridische terminologie. Hij communiceert vlot (mondeling, schriftelijk, presentaties geven, vergaderen, e.d.m....) in het Nederlands, Frans en Engels.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- De spreek-, luister-, schrijf- en leesvaardigheid verder ontwikkelen en aanscherpen zodat de student vlot kan communiceren op algemeen, juridisch en zakelijk vlak, zowel individueel als in groep. (M1, 2, 3 en 4)
- De student begrijpt en assimileert de aangeboden zakelijke en juridische teksten. (M1, 2, 3 en 4)
- De student begrijpt gesproken (zakelijk) Engels en distilleert de gevraagde informatie. (M1, 2, 3 en 4)
- De student beheerst de aangeboden algemene, zakelijke en juridische woordenschat. (M1, 2, 3 en 4)
- De student krijgt meer inzicht in verschillende juridische en zakelijke thema's. (M1, 2, 3 en 4)
- De student kan zijn/haar mening zowel mondeling als schriftelijk in het Engels formuleren. (M1, 2, 3 en 4)
- De student kan onvoorbereid zijn/haar mening mondeling in het Engels formuleren. (M1)
- De student krijgt een inleiding tot de handelscorrespondentie (lay-out en stijl). (M1)
- De student kan deelnemen aan een vergadering. (M2)
- De student kan een vraag om inlichtingen formuleren. (M2)
- De student heeft inzicht in het Brits rechtssysteem. (M2)
- De student kan social English gebruiken in algemene en zakelijke situaties. (M3)
- De student kan een efficiënt onderhandelingsgesprek voeren. (deel 1) (M3)
- De student kan een antwoord op een vraag om inlichtingen formuleren. (M3)
- De student kan een efficiënt onderhandelingsgesprek voeren. (deel 2) (M4)
- De student kan een klachtenbrief schrijven en er gepast op reageren. (M4)
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit opleidingsonderdeel moet je geslaagd zijn voor: Engels I
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
- Legal English: studie van juridische teksten/thema's met gepaste oefeningen (gedeeltelijk zelfstudie). (M1, 2, 3 en 4)
- Business English: studie van zakelijke thema's via luister-, lees- en spreekoefeningen. (M1, 2, 3 en 4)
- Woordenschatuitbreiding op algemeen, zakelijk en juridisch vlak (gedeeltelijk zelfstudie). (M1, 2, 3 en 4)
- Vergadertechnieken en vergaderen. (M2)
- Brits rechtssysteem. (M2)
- Inleiding tot de handelscorrespondentie. (M1)
- Zakelijke correspondentie: vraag om inlichtingen. (M2)
- Zakelijke correspondentie: antwoord op een vraag om inlichtingen. (M3)
- Zakelijke correspondentie: klachtenbrief en reactie. (M4)
- Social English. (M3)
- Onderhandelingsgesprek. (M3 en 4)
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Brown and Rice, "Professional English in Use - Law", CUP, Cambridge, 2007. (handboek voor klassikaal gebruik en voor zelfstudie)
- Cotton, Falvey and Kent, "Market Leader 3rd Edition, Intermediate Business English Course Book", Pearson Education Limited, Harlow, 2010. (handboek voor klassikaal gebruik)
- Decock, E., "Commercial Correspondence", 2011. (cursus voor klassikaal gebruik)
- McCarthy and O'Dell, "English Vocabulary in Use (upper-intermediate)", CUP, Cambridge, 2007. (handboek voor zelfstudie)
- Widdowson A. R., "Market Leader - Business Law", Pearson Education Limited, Harlow, 2010 / Smith T., "Market Leader - Business Law", Pearson Education Limited, Harlow, 2000. (losse juridische teksten voor klassikaal gebruik en voor zelfstudie)
- P-schijf: oplossingen bij zelfstudieteksten / extra materiaal
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
16
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
16
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
14
|
%
|
Verdere toelichting:
- Hoorcolleges met oefensessies, rollenspel en groepswerk (bij correspondentie, vergaderen en onderhandelen tijdens de permanente evaluatie-opdracht).
- Er wordt tijdens de les bijna constant mondeling feedback gegeven.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | evaluatie | 35% | examen in de examenreeks | 65% |
- M1:
- 20 procent permanente evaluatie in de vorm van een spontane mondelinge oefening. Bij deze oefening wordt gelet op taal en vlotheid. Deelname is verplicht! Afwezigheden moeten gewettigd worden met een doktersattest. Niet-deelname of ongewettigde afwezigheid leidt tot een nul voor dit onderdeel.
- 80 procent schriftelijk examen met kennis-, inzichts-, toepassings-, en open vragen (duurtijd: 2 uur)
- M2:
- 40 procent permanente evaluatie in de vorm van het houden van een vergadering (20%) en van het schrijven van een zakelijke brief (20%). Bij het vergaderen wordt gelet op taal, aanpak, vlotheid en aandeel in de vergadering. Bij de zakelijke brief worden lay-out, stijl (o.a. woordkeuze, klantvriendelijkheid) en taal (zinsstructuur, typische taalfouten, spelling) geëvalueerd. Deelname is verplicht! Afwezigheid moet gewettigd worden met een doktersattest. Niet-deelname of ongewettigde afwezigheid leidt tot een nul voor dit onderdeel.
- 60 procent schriftelijk examen met kennis-, inzichts-, toepassings- en open vragen (duurtijd: 2 uur)
- M3:
- 40 procent permanente evaluatie: onderhandelingsgesprek (20%) en zakelijke brief (20%). Bij het onderhandelingsgesprek wordt gelet op taal, aanpak/efficiëntie, vlotheid, aandeel in het gesprek. Bij de zakelijke brief worden lay-out, stijl (o.a. woordkeuze, klantvriendelijkheid), taal (zinsstructuur, typische taalfouten, spelling) geëvalueerd. Deelname is verplicht! Afwezigheid moet gewettigd worden met een doktersattest. Niet-deelname of ongewettigde afwezigheid leidt tot een nul voor dit onderdeel.
- 60 procent schriftelijk examen met kennis-, inzichts-, toepassings- en open vragen (duurtijd: 2 uur)
- M4:
- 40 procent permanente evaluatie in de vorm van het voeren van een onderhandelingsgesprek (20 %) en van het schrijven van een zakelijke brief (20 %). Bij het onderhandelingsgesprek wordt gelet op taal, aanpak/efficiëntie, vlotheid, aandeel in het gesprek. Bij de zakelijke brief worden lay-out, stijl (o.a. woordkeuze, klantvriendelijkheid), taal (zinsstructuur, typische taalfouten, spelling) geëvalueerd. Deelname is verplicht! Afwezigheid moet gewettigd worden met een doktersattest. Niet-deelname of ongewettigde afwezigheid leidt tot een nul voor dit onderdeel.
- 60 procent schriftelijk examen met kennis-, inzichts-, toepassings- en open vragen (duurtijd: 2 uur)
Zie ook 3.2. departementale aanvullingen OER bij afwezigheid deelexamen buiten examenreeks
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
- 80 procent schriftelijk examen met kennis-, inzichts-, toepassings-, en open vragen (duurtijd: 3 uur)
- 20 procent mondeling examen: onderhandelingsgesprek (10 procent) en een korte onvoorbereide reactie op een stelling of nieuwsitem (10 procent) (duurtijd: 10 minuten)
- De leerstof van de 4 modules dient gekend te zijn.
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Verbintenissen/1 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300010 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 - Module 1 | Contacturen: | 42 | Aantal studiepunten: | 4 | Totaal studietijd: | 104 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Rudi Lecoutre |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
'Verbintenissen' zoals omschreven in het Burgerlijk Wetboek wordt behandeld in dit vak.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
- JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
- JM104 Creativiteit
- JM106 Het vermogen van communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- JM107 Ingesteldheid tot levenslang leren.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JM208 Teamgericht kunnen werken
- JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
- JM210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
- JM211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
- JM313 Creatie: hij kan juridische informatie systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren, een eigen vakbibliotheek aanleggen en bruikbaar houden
- JM314 Advies- en informatieverstrekking: hij kan bedrijfsjuridische adviezen formuleren (aan personeel en directie) in zijn domein van tewerkstelling, hij is in staat om juridische teksten te synthetiseren en te vulgariseren, hij verleent advies buiten het bedrijf (aan klanten, overheid, andere bedrijven)
- JM315 Productieve informatieverwerking: hij doet de verslaggeving en volgt ze op, hij verzorgt de redactie van diverse juridische documenten (o.a. contracten, procedurestukken, schadedossiers,...), hij neemt de behandeling en de begeleiding van procedures voor zijn rekening.
- JM316 Controle: hij doet controle op de juiste interpretatie van wetgeving, rechtspraak en procedures, hij controleert het bestaan van nieuwe wetgeving en zorgt voor de verspreiding ervan,hij doet opvolging van contracten, termijnen
- JM318 Research: hij neemt actief deel aan interne en externe vormingsactiviteiten in verband met zijn werk- en vakgebied, hij bestudeert de relevante vakliteratuur.
- JM319 Accuratesse: hij kan de rechtsbronnen nauwkeurig interpreteren, zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren, ook onder tijdsdruk-, hij respecteert afspraken en termijnen, hij maakt een accuraat gebruik van de juridische terminologie
- JM320 Flexibiliteit: hij kan zich vlot bewegen binnen de verschillende rechtsdisciplines, hij kan zich aanpassen aan verschillende werkomgevingen, hij kan zich concentreren op studie- en opzoekingswerk als creatief zijn in het opstellen van geschriften en tegelijk een vlot onderhandelaar zijn.
- JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
- JM322 Beslissingsvermogen: hij kan een gemotiveerd standpunt omtrent een juridische vraag formuleren, hij neemt naargelang zijn verantwoordelijkheid zelf een beslissing of in overleg.
- JM327 Doorzettingsvermogen en probleemoplossend vermogen: hij kan kritiek verwerken, hij vindt een oplossing voor aanvankelijk? Hopeloze? Zaken en complexe problemen, hij neemt niet de weg van de minste weerstand bij conflicten, hij kan werken onder tijdsdruk.
- JM330 Zin voor initiatief: hij wacht niet op instructies, hij zoekt ook naar de niet-evidente weg.
- JM331 Aandacht voor competentieontplooiing: hij kan de vakliteratuur hanteren, hij blijft door constante studie op de hoogte van de evolutie van het recht.
- JM336 Juridische kennis: hij heeft de vereiste kennis van wetgeving, rechtsleer, rechtspraak van: staatsrecht, administratief recht, burgerlijk recht, strafrecht, gerechtelijk privaatrecht, handels-en economisch recht, sociaal recht, fiscaal recht, milieurecht. Afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting beheerst hij grondige de juridische domeinen hieraan gerelateerd.
- JM338 ICT: hij is een gevorderd gebruiker van het Microsoft Office pakket. Verder hanteert hij electronische informatie-, communicatie- en organisatietechnologie in zijn dagdagelijkse beroepspraktijk. Daarnaast kan hij werken met specifieke juridische software.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Aan de hand van concrete en actuele voorbeelden de student duidelijk maken welke verbintenistechnische constructie voor de betrokken partij belangrijk is, maar tevens ook de student het inzicht doen verwerven om de juiste juridische oplossing aan te kunnen reiken.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
geen
|
|
Andere begincompetenties
|
Student dient een analytisch denkvermogen te hebben teneinde de concrete gevalstudies te kunnen oplossen.
|
LEERINHOUDEN
|
De vermogensrechtelijke verbintenis.
Verbintenissen uit meerzijdige en eenzijdige rechtshandelingen
-uit overeenkomst
-uit eenzijdige rechtshandelingen en natuurlijke verbintenissen
Verbintenissen uit de wet
-quasi-contractuele verbintenissen
-uit aansprakelijkheid, samenloop en coëxistentie
-uit andermans daad voor zaken en dieren
-schade en schadeloosstelling
-aansprakelijkheid van de overheid
Verbintenissen in het algemeen
-modaliteiten
-overgang
-tenietgaan
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursus Verbintenissen - uitgave Universitas
Kopies aangeleverd tijdens de lessen
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
19
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
19
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
Verplichte aanwezigheid tijdens de hoorcolleges.
Elke student bereidt de volgende lesinhoud voor teneinde te participeren in een groepsgesprek.
Opdrachten worden enkel tijdens de hoorcolleges afgegeven aan de studenten door de lector.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
Schriftelijk examen op 20 punten:
Er worden zowel theoretische vragen als casuïstiek voorgelegd.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
Zelfde regeling als in eerste zittijd.
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Heuristiek/2 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300014 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 - Module 2 | Contacturen: | 28 | Aantal studiepunten: | 3 | Totaal studietijd: | 78 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Frans Lauwers |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Vindplaatsen, het raadplegen en lezen van de diverse kenbronnen van recht.
Juridisch schrijven - gebruik van de juridische afkortingen.
Kennismaking met de bibliotheken en de daarin aanwezige databanken.
Toelichting bij de praktische opdracht, zijnde een korte bespreking over een rechtsonderwerp.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
- JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
- JM104 Creativiteit
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
- JM313 Creatie: hij kan juridische informatie systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren, een eigen vakbibliotheek aanleggen en bruikbaar houden
- JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
- JM326 Zelfstandigheid: hij kan zelfstandig juridische problemen analyseren en adviezen formuleren, hij heeft een zelfstandig tijdsbeheer dat niet noodzakelijk gebonden is aan de officiële werkuren, hij neemt initiatief in het doorgeven van relevante wijzigingen in wetgeving of rechtspraak aan betrokkenen.
- JM331 Aandacht voor competentieontplooiing: hij kan de vakliteratuur hanteren, hij blijft door constante studie op de hoogte van de evolutie van het recht.
- JM338 ICT: hij is een gevorderd gebruiker van het Microsoft Office pakket. Verder hanteert hij electronische informatie-, communicatie- en organisatietechnologie in zijn dagdagelijkse beroepspraktijk. Daarnaast kan hij werken met specifieke juridische software.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Bronnen van het recht kennen en basisvaardigheden heuristiek verwerven.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
'Om in te kunnen schrijven voor dit opleidingsonderdeel moet je je ook inschrijven voor: Juridische bronnen/1.' 'Om in te kunnen schrijven voor dit opleidingsonderdeel moet je je ook inschrijven voor Juridische bronnen/1'
|
|
Andere begincompetenties
|
Inleiding tot het recht : algemeen inzicht verworven hebben in de betekenis, het ontstaan en de werking van het recht.
|
LEERINHOUDEN
|
1. WETGEVING De kenbronnen van het wettenrecht, Opzoekingsmethode, Lezen van wetgeving
2.RECHTSPRAAK
Wat is rechtspraak. Vindplaatsen en opzoekingsmethode. Lezen van rechtspraak
3. RECHTSLEER
Betekenis en waarde van rechtsleer, vindplaatsen, opzoekingsmetchode.Lezen van rechtsleer
4. INTERNATIONALE BRONNEN
Hoe en waar consulteren. Betekenis voor de Belgische rechtspraktijk
5.JURIDISCH SCHRIJVEN :
Juridische verwijzingen en afkortingen
6. PRAKTISCH WERK : TOEPASSING EN KORTE STUDIE VAN EEN RECHTSONDERWERP
|
STUDIEMATERIAAL
|
- W. SCHREURS, ea. Praktijkboek RECHTSMETHODOLOGIE, Die Keure
- INTERUNIVERSITAIRE COMMMISSIE JURIDISCHE VERWIJZINGEN EN AFKORTINGEN, Juridische verwijzingen en afkortingen, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen - 4de uitgave, 2008.
- VRG-codex 2010-2011, Kluwer.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
18
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
7
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | evaluatie | 50% | examen in de examenreeks | 50% |
- De studenten worden beoordeeld op basis van een theoretisch examen en op basis van een opgave die zij dienen te maken.
- De studenten krijgen een opgave waarbij zij aan de hand van een opgegeven juridisch trefwoord een korte nota moeten opmaken, bespreken en plaatsen in zijn context met verwerking van de rechtspraak en de rechtsleer desbetreffend.
- De paper dient ingeleverd te worden ten laatste tijdens de laatste lesweek van de module. Laattijdig ingediende opgaven krijgen een nul als beoordeling.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | evaluatie | 50% | examen in de examenreeks | 50% |
Voor tweede zittijd dienen de studenten een opgave te maken overeenkomstig de opgave in eerste zittijd. De opgaven worden bekendgemaakt onmiddellijk na de proclamatie en kunnen tevens afgehaald worden op het studentensecretariaat.
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Zakenrecht/3 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300034 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 - Module 3 | Contacturen: | 28 | Aantal studiepunten: | 3 | Totaal studietijd: | 78 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Rudi Lecoutre |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In een eerste algemeen deel worden de diverse soorten zaken en goederen omschreven en ingedeeld.
In een tweede bijzonder deel komen alle zakelijke rechten aan bod en wordt er nagegaan op welke manier eigendom kan worden verkregen en beschermd.
Een afzonderlijk hoofdstuk wordt gewijd aan de problematiek van voorrechten en hypotheken.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
- JM322 Beslissingsvermogen: hij kan een gemotiveerd standpunt omtrent een juridische vraag formuleren, hij neemt naargelang zijn verantwoordelijkheid zelf een beslissing of in overleg.
- JM336 Juridische kennis: hij heeft de vereiste kennis van wetgeving, rechtsleer, rechtspraak van: staatsrecht, administratief recht, burgerlijk recht, strafrecht, gerechtelijk privaatrecht, handels-en economisch recht, sociaal recht, fiscaal recht, milieurecht. Afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting beheerst hij grondige de juridische domeinen hieraan gerelateerd.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Inzicht hebben in de wettelijke bepalingen van het zakenrecht en in de heersende tendensen daarover in de rechtspraak.
- Als juridisch medewerker een juridisch probleem kunnen duiden en een eerste advies formuleren voor dit juridisch probleem, dat wordt voorgelegd door een cliënt, hetzij telefonisch, hetzij aan de balie van het kantoor.
- Aan de hand van de kennis van het zakenrecht in staat zijn om een oplossing te vinden voor een concreet probleem (bv burengeschil of erfdienstbaarheid) dat aangebracht wordt d.m.v. een casus.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
geen
|
|
Andere begincompetenties
|
De informatie en leerinhoud goed kunnen ordenen en interpreteren en concreet en probleemoplossend een casus kunnen verwerken.
|
LEERINHOUDEN
|
1. ALGEMEEN DEEL
- Indeling van goederen en zaken
- Soorten roerende en onroerende goederen
- Zakelijke subrogatie
2. BIJZONDER DEEL
- Eigendomsrecht
- Begrip, beperkingen, grenzen, meervoudige eigendom
- Zakelijke genotsrechten
- Vruchtgebruik
- Recht van gebruik en bewoning
- Recht van opstal
- Erfpacht
- Erfdienstbaarheden
- Eigendomsverkrijging en eigendomsbescherming
3. VOORRECHTEN EN HYPOTHEKEN
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Syllabus zakenrecht
- Burgerlijk Wetboek.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
28
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
7
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
- Hoorcolleges met vraag- en leergesprekken: de discussie met de studenten wordt nagestreefd.
- Oefeningen en oplossen van cases
- Begeleidingsmomenten: individuele vraagstelling door studenten, feedback door lector
- Verplichte aanwezigheid (zie ook permanente evaluatie)
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | evaluatie | 10% | examen in de examenreeks | 90% |
- Permanente evaluatie: groepswerk casus met presentatie op 2 punten
- Schriftelijk examen van 2 uur (18 punten)
Er worden zowel open als gesloten vragen gesteld,die zowel verwijzen naar de theorie als naar de praktijk.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
Schriftelijk examen van 2 uur op 20 punten.
Er worden zowel open als gesloten vragen gesteld,die zowel verwijzen naar de theorie als naar de praktijk.
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Personen- en familierecht/4 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300036 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 - Module 4 | Contacturen: | 56 | Aantal studiepunten: | 5 | Totaal studietijd: | 130 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Rudi Lecoutre |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Studie van het juridisch statuut van de persoon zelf en in zijn relatie tot de familie van bij de geboorte tot het overlijden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
- JM210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
- JM313 Creatie: hij kan juridische informatie systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren, een eigen vakbibliotheek aanleggen en bruikbaar houden
- JM314 Advies- en informatieverstrekking: hij kan bedrijfsjuridische adviezen formuleren (aan personeel en directie) in zijn domein van tewerkstelling, hij is in staat om juridische teksten te synthetiseren en te vulgariseren, hij verleent advies buiten het bedrijf (aan klanten, overheid, andere bedrijven)
- JM316 Controle: hij doet controle op de juiste interpretatie van wetgeving, rechtspraak en procedures, hij controleert het bestaan van nieuwe wetgeving en zorgt voor de verspreiding ervan,hij doet opvolging van contracten, termijnen
- JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
- JM322 Beslissingsvermogen: hij kan een gemotiveerd standpunt omtrent een juridische vraag formuleren, hij neemt naargelang zijn verantwoordelijkheid zelf een beslissing of in overleg.
- JM329 Resultaatgerichtheid: hij is altijd gericht op de oplossing van problemen of het vermijden van conflicten, hij maakt de juiste afweging tussen de opportuniteit van een proces of een compromis.
- JM331 Aandacht voor competentieontplooiing: hij kan de vakliteratuur hanteren, hij blijft door constante studie op de hoogte van de evolutie van het recht.
- JM336 Juridische kennis: hij heeft de vereiste kennis van wetgeving, rechtsleer, rechtspraak van: staatsrecht, administratief recht, burgerlijk recht, strafrecht, gerechtelijk privaatrecht, handels-en economisch recht, sociaal recht, fiscaal recht, milieurecht. Afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting beheerst hij grondige de juridische domeinen hieraan gerelateerd.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- De student heeft inzicht in de basisprincipes van het Personenrecht, het Gezins- en familierecht.
- De student kan aan de hand van een concrete minicasus de verworven kennis toepassen en een oplossing uitwerken.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
geen
|
|
Andere begincompetenties
|
De student dient in het wetboek opzoekingen te kunnen verrichten.
|
LEERINHOUDEN
|
1. Inleiding tot het personenrecht 2. Het bestaan van de persoon 3. De staat van de persoon 4. De identificatie van de persoon 5. Registratie en publiciteit 6. De persoonlijkheidsrechten 7. De nationaliteit 8. Dwangopneming van geesteszieken 9. Inleiding tot de onbekwaamheid 10. Rechtsonbekwamen 11. Minderjarigen 12. Onbekwame en beschermde meerderjarigen 13. Inleiding tot het gezins- en familierecht 14. Inleiding tot het verticale gezins- en familierecht 15. De oorspronkelijke of declaratieve afstamming 16. De adoptieve of constitutieve afstamming: adoptie 17. Afgesplitste afstamming 18. Verwantschap 19. Aanverwantschap 20. Onderhoudsrecht 21. Gezag en contact 22. Inleiding tot het horizontale familierecht 23. Huwelijk 24. Wettelijke samenwoning 25. Feitelijke samenwoning
|
STUDIEMATERIAAL
|
- SENAEVE, P., Compendium Personen- en Familierecht, meest recente versie.
- Burgerlijk Wetboek
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
56
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
Hoorcolleges, vraag- en leergesprek: de student krijgt de mogelijkheid tot het stellen van individuele vragen; het ontwikkelen van een klassikale discussie wordt gestimuleerd
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
Schriftelijk examen over twee uren met vijf praktijkvragen die met gebruik van het wetboek behandeld dienen te worden. Elke vraag staat telkens voor vier punten. De antwoorden dienen gemotiveerd te worden en de toe te passen wetgeving dient aangegeven te worden. Een niet gemotiveerd antwoord, ook al is het correct, wordt met een nul gequoteerd. Op het examen mag het wetboek worden gebruikt. In het wetboek is onderlijnen en kleuren toegelaten maar geschreven tekst of cijfers zijn niet toegelaten.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
Schriftelijk examen over twee uren met vijf praktijkvragen die met gebruik van het wetboek behandeld dienen te worden. Elke vraag staat telkens voor vier punten. De antwoorden dienen gemotiveerd te worden en de toe te passen wetgeving dient aangegeven te worden. Een niet gemotiveerd antwoord, ook al is het correct, wordt met een nul gequoteerd. Op het examen mag het wetboek worden gebruikt. In het wetboek is onderlijnen en kleuren toegelaten maar geschreven tekst of cijfers zijn niet toegelaten.
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Bijzondere contracten/4 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300037 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 - Module 4 | Contacturen: | 35 | Aantal studiepunten: | 4 | Totaal studietijd: | 104 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Dominique Bogman |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Wat zijn benoemde contracten ? Wat zijn onbenoemde contracten ? Belang van dit onderscheid ?
Welke contracten heeft de wetgever geregeld in het Burgerlijk wetboek ? Van koop tot dading - ze worden allemaal behandeld tijdens de hoorcolleges.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
- JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JM208 Teamgericht kunnen werken
- JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
- JM210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
- JM313 Creatie: hij kan juridische informatie systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren, een eigen vakbibliotheek aanleggen en bruikbaar houden
- JM314 Advies- en informatieverstrekking: hij kan bedrijfsjuridische adviezen formuleren (aan personeel en directie) in zijn domein van tewerkstelling, hij is in staat om juridische teksten te synthetiseren en te vulgariseren, hij verleent advies buiten het bedrijf (aan klanten, overheid, andere bedrijven)
- JM316 Controle: hij doet controle op de juiste interpretatie van wetgeving, rechtspraak en procedures, hij controleert het bestaan van nieuwe wetgeving en zorgt voor de verspreiding ervan,hij doet opvolging van contracten, termijnen
- JM322 Beslissingsvermogen: hij kan een gemotiveerd standpunt omtrent een juridische vraag formuleren, hij neemt naargelang zijn verantwoordelijkheid zelf een beslissing of in overleg.
- JM325 Leergierigheid: hij beseft de noodzaak tot levenslang leren, hij heeft een nooit aflatende interesse voor de evoluties binnen het recht, hij heeft een brede maatschappelijke interesse die zich uit in het volgen van de actualiteit, parlementaire werkzaamheden en ethische kwesties.
- JM327 Doorzettingsvermogen en probleemoplossend vermogen: hij kan kritiek verwerken, hij vindt een oplossing voor aanvankelijk? Hopeloze? Zaken en complexe problemen, hij neemt niet de weg van de minste weerstand bij conflicten, hij kan werken onder tijdsdruk.
- JM328 Organisatievermogen: hij kan delegeren, hij volgt zijn dossiers correct op, hij hanteert een correct tijdsmanagement
- JM329 Resultaatgerichtheid: hij is altijd gericht op de oplossing van problemen of het vermijden van conflicten, hij maakt de juiste afweging tussen de opportuniteit van een proces of een compromis.
- JM330 Zin voor initiatief: hij wacht niet op instructies, hij zoekt ook naar de niet-evidente weg.
- JM332 Assertiviteit: hij kan een gemotiveerd standpunt verdedigen? Ook tegen superieuren. Hij durft uit te komen voor zijn eigen mening.
- JM336 Juridische kennis: hij heeft de vereiste kennis van wetgeving, rechtsleer, rechtspraak van: staatsrecht, administratief recht, burgerlijk recht, strafrecht, gerechtelijk privaatrecht, handels-en economisch recht, sociaal recht, fiscaal recht, milieurecht. Afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting beheerst hij grondige de juridische domeinen hieraan gerelateerd.
- JM338 ICT: hij is een gevorderd gebruiker van het Microsoft Office pakket. Verder hanteert hij electronische informatie-, communicatie- en organisatietechnologie in zijn dagdagelijkse beroepspraktijk. Daarnaast kan hij werken met specifieke juridische software.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Analyseren van verschillende en verscheidene contracttypes.
- De voornaamste verplichtingen van contracterende partijen en het onderscheid tussen dwingende rechtsregels en aanvullende rechtsregels teneinde regelmatige afwijkingen op standaardregelingen te voorzien.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit opleidingsonderdeel moet je je ook inschrijven voor: Verbintenissen/1.
|
|
Andere begincompetenties
|
Analytische redeneervermogen, kernachtige verslaggeving
|
LEERINHOUDEN
|
overeenkomsten inzake overdracht van eigendom, inzake genot van eigendom en dienstenovereenkomsten
in het bijzonder worden volgende contracten behandeld:
- koop
- huur, handelshuur
- lastgeving
- aanneming
- lening
- dading
- bewaargeving
- lijfrente
|
STUDIEMATERIAAL
|
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
19
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
13
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
Verplichte aanwezigheid tijdens de hoorcolleges
Schriftelijke verslaggeving en opdrachten enkel op A4 formaat. Elektronische verslaggeving wordt niet aanvaard.
Bronvermeldingen vanuit internet zijn niet toegestaan.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
Schriftelijk examen op 20 punten (vier vragen van vijf punten);1. termen 2. inzicht 3. letterlijke weergave van leerstof 4. praktische toepassing
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | examen in de examenreeks | 100% |
zie eerste examenperiode
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Huwelijksvermogensrecht/1 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1120300049 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 of 2 - Module 1 | Contacturen: | 28 | Aantal studiepunten: | 3 | Totaal studietijd: | 78 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Machteld De Ryck |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Het vak geeft een volledig overzicht van het actuele huwelijksvermogensrecht onderbouwd met rechtspraak en rechtsleer en praktijkvoorbeelden.
Speciale aandacht gaat ook naar de nieuwe maatschappelijke tendenzen terzake.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JM101 Denk- en redeneervaardigheid
- JM102 Verwerven en verwerken van informatie
- JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
- JM104 Creativiteit
- JM106 Het vermogen van communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- JM107 Ingesteldheid tot levenslang leren.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JM208 Teamgericht kunnen werken
- JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
- JM210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
- JM211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
- JM313 Creatie: hij kan juridische informatie systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren, een eigen vakbibliotheek aanleggen en bruikbaar houden
- JM316 Controle: hij doet controle op de juiste interpretatie van wetgeving, rechtspraak en procedures, hij controleert het bestaan van nieuwe wetgeving en zorgt voor de verspreiding ervan,hij doet opvolging van contracten, termijnen
- JM318 Research: hij neemt actief deel aan interne en externe vormingsactiviteiten in verband met zijn werk- en vakgebied, hij bestudeert de relevante vakliteratuur.
- JM319 Accuratesse: hij kan de rechtsbronnen nauwkeurig interpreteren, zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren, ook onder tijdsdruk-, hij respecteert afspraken en termijnen, hij maakt een accuraat gebruik van de juridische terminologie
- JM325 Leergierigheid: hij beseft de noodzaak tot levenslang leren, hij heeft een nooit aflatende interesse voor de evoluties binnen het recht, hij heeft een brede maatschappelijke interesse die zich uit in het volgen van de actualiteit, parlementaire werkzaamheden en ethische kwesties.
- JM326 Zelfstandigheid: hij kan zelfstandig juridische problemen analyseren en adviezen formuleren, hij heeft een zelfstandig tijdsbeheer dat niet noodzakelijk gebonden is aan de officiële werkuren, hij neemt initiatief in het doorgeven van relevante wijzigingen in wetgeving of rechtspraak aan betrokkenen.
- JM331 Aandacht voor competentieontplooiing: hij kan de vakliteratuur hanteren, hij blijft door constante studie op de hoogte van de evolutie van het recht.
- JM336 Juridische kennis: hij heeft de vereiste kennis van wetgeving, rechtsleer, rechtspraak van: staatsrecht, administratief recht, burgerlijk recht, strafrecht, gerechtelijk privaatrecht, handels-en economisch recht, sociaal recht, fiscaal recht, milieurecht. Afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting beheerst hij grondige de juridische domeinen hieraan gerelateerd.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Vanuit conrete probleemsituaties oplossingen kunnen vinden
De theoretische basiskennis kunnen toepassen in specifieke casusmogelijkheden.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit opleidingsonderdeel moet je je ook inschrijven voor Personen- en familierecht/4
|
|
Andere begincompetenties
|
Basiskennis burgerlijk recht en bronnenstudie en algemeen het vermogen om te analyseren
|
LEERINHOUDEN
|
- cursus uit 2 delen : primair stelsel en de huwelijksstelsels aangepast aan de ontwikkelingen in het vakgebied (nieuwe samenlevingsvormen bvb)
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus van de lector en recente rechtspraak, jaarlijks aangepast, verslagen studiedagen
- cases uit eigen advocatenpraktijk
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
21
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
8
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
6
|
%
|
Verdere toelichting:
hoor- en werkcolleges
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | evaluatie | 15% | examen in de examenreeks | 85% |
- mondeling examen van ongeveer 15 minuten met schriftelijke voorbereidingstijd van ongeveer 30 minuten voor 17 punten.
- evaluatie van praktische oefening (bespreking vonnis of arrest met toetsing aan de leerstof) per 2 studenten voor 3 punten.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | evaluatie | 15% | examen in de examenreeks | 85% |
- mondeling examen van ongeveer 15 minuten met schriftelijke voorbereidingstijd van ongeveer 30 minuten voor 17 punten.
- evaluatie van praktische oefening (bespreking vonnis of arrest met toetsing aan de leerstof) per 2 studenten voor 3 punten tijdens de lesweken.
- de praktische oefening dient niet te worden overgedaan tenzij de helft niet is gehaald of de oefening niet werd uitgevoerd
|
|
|
| |
Verkort programma - Rechtspraktijk verkort programma - Erfrecht |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Verkort programma | Code: | 1121000001 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | gespecialiseerd | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 1 - Module 1 | Contacturen: | 42 | Aantal studiepunten: | 5 | Totaal studietijd: | 130 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Kristine Adriaenssens |
beschrijving nog niet beschikbaar
| |
|
|
|
|