|
|
|
|
Chemie - Voltijds modelpakket 3 - Biochemie |
|
|
|
cataloognr | benaming | studiepunten |
4160100014 | Onderzoekstechnieken | 9 |
| |__ | Biochemische technologie | |
| |__ | Toegepaste statistiek | |
4160100015 | Stage en eindwerk BI | 23 |
4160100016 | Genen toegepast | 6 |
| |__ | Immunologie | |
| |__ | Gentechnologie | |
4160100017 | Biotechnologie | 5 |
| |__ | Milieuchemie | |
| |__ | Fermentatietechnologie | |
| |__ | Groene biotechnologie | |
4160100018 | Geïntegreerd lab en seminaries | 17 |
| |__ | POP 3 | |
| |__ | Seminaries | |
| |__ | Geïntegreerd lab | |
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Onderzoekstechnieken |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Ja | O.O. bestaat uit componenten: | Biochemische technologie Toegepaste statistiek
| Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100014 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 3 - Periode 1 | Contacturen: | 70 | Aantal studiepunten: | 9 | Totaal studietijd: | 234 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Anneleen Soetaert Veerle Van Vlaslaer |
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
- CH106 blijft onder druk zorgvuldig werken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH231 onderscheidt hoofd- en bijzaken
- CH234 schat de mogelijkheden en/of beperkingen van de werkmethoden correct in
- CH235 baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- CH236 evalueert resultaten kritisch
- CH242 brengt structuur in ideeën
- CH249 controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- CH252 algemeen: maakt gebruik van de correcte wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH367 heeft inzicht in de belangrijkste biochemische onderzoeksmethoden
- CH368 kent de courante biotechnologische en moleculair biologische processen
- CH370 functioneert in een wetenschappelijk onderzoeksteam
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Alle info: zie deelfiches
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: Industriële scheidingstechniek, De levende cel, Statistiek en POP, Organische analyse
|
|
Andere begincompetenties
|
Alle info: zie deelfiches
|
WEGING
|
|
Componenten | Weging | Biochemische technologie | 80% | Toegepaste statistiek | 20% |
|
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Biochemische technologie |
|
|
|
Component behoort tot: | Onderzoekstechnieken | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100014 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Anneleen Soetaert Veerle Van Vlaslaer |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De rode draad doorheen de component "Biochemische technologie" is "de weg van gen tot eiwit" en sluit hierdoor zeer nauw aan bij het opleidingscomponent "Genexpressie, functie en werking". In de component "Biochemische technologie" worden de methoden besproken om cellen en weefsels te homogeniseren. De werking van verschillende detergenten en de mogelijke strategie voor nucleïnezuur- en eiwitzuivering worden behandeld. Alle technieken die hierbij aan bod komen (fractionatie, concentratiebepaling, bufferwissel, concentrering,enz…) worden in theorie gezien en in de component "geïntegreerd lab" toegepast. Nadruk wordt hierbij gelegd op de voorzorgen die nodig zijn om bv. denaturatie te voorkomen. Verder komen de diverse chromatografische en elektroforetische scheidingstechnieken aan bod en de toepassingen die ze in praktijk hebben. Ook een overzicht tot het werken met eukaryote cellen, de vereiste materialen en de detectie van contaminatie worden besproken. De theorie van deze component en het "Geïntegreerd lab" zijn zeer nauw met elkaar verweven.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH242 brengt structuur in ideeën
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH367 heeft inzicht in de belangrijkste biochemische onderzoeksmethoden
- CH368 kent de courante biotechnologische en moleculair biologische processen
- CH370 functioneert in een wetenschappelijk onderzoeksteam
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kent de algemeen gebruikte scheidingstechnieken voor nucleïnezuren en eiwitten.
- kent de belangrijkste chromatografische en elektroforetische technieken, de apparatuur die daarbij gebruikt wordt en de belangrijkste toepassingen.
- kent de typische biochemische werkwijzen als homogenisatie, fractionering, dialyse, membraanfiltratie, blotten en centrifugatie en de apparatuur die hierbij gebruikt wordt.
- kent de algemeen gebruikte identificatietechnieken voor eiwitten en nucleïnezuren als o.m. de verschillende kleurreacties, autoradiografie en immunochemische detectie.
- Gebruikt onder begeleiding, een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis en deskundigheid in gentechnologie, biochemie, enzymologie, immunologie, microbiologie, bioinformatica en analysetechnieken, om een eiwit via recombinant DNA-technologie aan te maken.
- ontwikkelt onder begeleiding, nieuwe procedures om eiwitten en nucleïnezuren te zuiveren en te karakteriseren en hierbij de juiste technieken en apparatuur gebruiken.
- is in staat deze technieken in diverse sectoren (biomedische sector, landbouw, voeding, milieu …) toe te passen.
- kent de verschillende soorten celculturen, de methoden, de materialen en toestellen nodig om cellen in kweek te houden
- kent de verschillende soorten contaminaties in celculturen en de manieren om deze te detecteren, te voorkomen en te verwijderen.
- kent toepassingen van celcultuur in verschillende onderzoeksdomeinen.
- volgt de veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet .
- bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: Industriële scheidingstechniek, De levende cel, Statistiek en POP, Organische analyse
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
Dit opleidingsonderdeel bestaat uit vier grote delen: biochemische werkwijzen, elektroforese, chromatografie en celkweek.
Biochemische werkwijzen
Water, diverse stoffen en buffers
Eigenschappen van water
Invloed van diverse stoffen
Homogenisatie van cellen en weefsels
Uitgangsmateriaal
Activiteit van hydrolytische enzymen
Homogenisatiemethoden
Zuivering van en werken met nucleïnezuren
Algemene strategie bij zuivering nucleïnezuren
Beschadiging van nucleïnezuren
Concentratiebepaling
Denaturatie en renaturatie
Isolatie en zuivering
Zuiverheid Identificatie
Zuivering van en werken met eiwitten
Algemene strategie bij zuivering eiwitten
Efficiëntie van de zuiveringsstap
Fractionering
Verwijdering van zouten
Bewaring
Maken van een eiwitoplossing
Detectie van denaturatie
Eiwit-ligand interacties
Elektroforese
Basisprincipes elektroforese
Inleiding
Experimentele aspecten
Elektroforese van eiwitten
Inleiding
Polyacrylamidegel elektroforese
Iso-elektrofocussing
2D-elektroforese
Toepassing Proteomics/Microarray
Elektroforese van nucleïnezuren
Inleiding
Gelkeuze
Detectie
Submarine elektroforese
Sequentie- en genoomanalyse
RNA-elektroforese
Pulsed field elektroforese
Adsorptie aan membranen - blotten
Voordelen van blotten
Technieken
Membraantypen
Chromatografie
Chromatografie
Inleiding
Begrippen en formules
Oplossend vermogen van een kolom
Indeling
Apparatuur
Oefeningen
Gelfiltratiechromatografie
Principe
Samenstelling van de gelkorrels
Zwellen van gelkorrels
Verwijderen van lucht
Kwantitatieve benadering
Fractioneringsbereik
Oplossend vermogen
Toepassingen
Praktische uitvoering
Oefeningen
Ionenchromatografie
Inleiding
Elektrostatische aantrekking
Ionenuitwisseling
Selectiviteitsconstante
Ionenuitwisselaars
Ionenchromatografie
Oefeningen
Affiniteitschromatografie
Principe
Matrix
Ligand
Spacerarm
Elutie
Kolomkeuze en stockeren van het gel
Oefeningen
Hydrofobe interactiechromatografie
Principe
Uitvoering
Toepassingen
Celkweek
Hoe brengt men cellen in cultuur?
Primaire cultuur
Subculturen
Groeipatroon
Celcultuur systemen
Soorten cellen
Controle van de groeiende cellen
Cellen tellen
Celviabiliteit
Werkomgeving en vereiste toestellen en materialen
Laminaire luchtstroomkast
CO2- incubatoren
Microscopen
Cultuurflessen
Media en groeibenodigdheden
Bewaring en stockage
Contaminaties
Chemische contaminaties
Biologische contaminaties, met in het bijzonder Mycoplasma-infecties
Toepassingen
Modelsystemen
Kankeronderzoek
Virologie
Cel-gebaseerde productie
Vaccins
Eiwitten
Weefsels en organen
Recombinant technologie (genetic engineering)
Transfectiemethoden
Transiënte en permanente transfectie
Controle van transfectie-efficiëntie
Transformatie van planten
Drug screening en ontwikkeling
Toxiciteitstesten
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus "Biochemische technologie" delen biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie en celkweek" – auteur: Peter Partoens, Karen Pittois – Plantijn Hogeschool.
- powerpoint presentaties van alle lessen zijn beschikbaar op e-campus.
- manualen en catalogen van verschillende firma’s.
- aanbevolen websites staan bij de verschillende hoofdstukken van de cursus vermeld.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
25
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
toetsing INT7-2, tijdens de examenperiode: Op het schriftelijk examen worden kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld.
Berekening van de 'cijfers' voor elk opleidingsonderdeel: - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Toegepaste statistiek |
|
|
|
Component behoort tot: | Onderzoekstechnieken | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100014 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Anneleen Soetaert Veerle Van Vlaslaer |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Kwaliteitszorg (KZ) is niet meer weg te denken uit het lab. We bekijken de basisprincipes van KZ (kwaliteitssystemen, quality tools, normen, accreditatie, kwaliteitshandboek en standaardwerkinstructies). De statistiek uit de vorige programmajaren wordt toegepast bij validatie van methoden en toestellen en vormt de basis voor de interne (controlekaarten, 6 sigma, procesoptimalisatie) en de externe (interlabstudies) kwaliteitscontroles.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH231 onderscheidt hoofd- en bijzaken
- CH234 schat de mogelijkheden en/of beperkingen van de werkmethoden correct in
- CH235 baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- CH236 evalueert resultaten kritisch
- CH249 controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- CH252 algemeen: maakt gebruik van de correcte wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kiest voor een probleem de meest geschikte statistische techniek en voert deze techniek concreet uit: stelt een proefopzet op, voert de nodigeexperimenten uit, verwerkt de meetresultaten en interpreteert het resultaat.
voert een methodevalidatie uit: stelt een proefschema op in functie van de validatieparameters, voert de nodige experimenten uit, berekent de validatieparameters en interpreteert van het resultaat. zet controlekaarten op en leest deze ( leesregels) werkt mee het opstellen van een kwaliteitshandboek en SOP’s kent de statistische principes achter externe kwaliteitscontrole: leest en interpreteertde rapportering. kent de basisprincipes van kwaliteitszorg. leest en interpreteert informatie (wetenschappelijke artikels, validatierapporten) met bekende en onbekende statistische technieken
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: Industriële scheidingstechniek, De levende cel, Statistiek en POP, Organische analyse
|
|
Andere begincompetenties
|
passief Engels
|
LEERINHOUDEN
|
1. Interne QC a. methodevalidatie (juistheid – bepalingsgrenzen – precisie – lineariteit – robuustheid) b. inleiding kwaliteitszorg, Six Sigma (met procescapabiliteit), AQL c. controlekaarten (met leesregels) 2. externe QC (interlab) a. Youdenplot b. zaagtandplot c. PomPlot
|
STUDIEMATERIAAL
|
hoofdstukken 16 tem 19 uit de cursus “toegepaste statistiek” – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijn Hogeschool
“formuleboekje statistiek” (delen 1ste, 2de&3de jaar) – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijn Hogeschool
rekenmachine
wetenschappelijke artikels
aanvullend in de bib:
- ‘Statistics and chemometrics’ Miller&Miller (ISBN 013028885) - 2000
- ‘Statistiek, validatie en meetonzekerheid voor het laboratorium’ Klaessens (ISBN 9789077423622)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
25
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
|
%
|
Verdere toelichting:
hoorcolleges: hierin worden de statistische technieken uitgelegd aan de hand van toepassingen en oefeningen uit het werkveld
zelfstandig werk: oplossen van de oefeningenreeksen uit de cursus (met Excel).
feedback van de lector tijdens de colleges of via mail.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
integratieve toets
- open-boek’ toetsing: het boek is het formuleboekje statistiek (delen 1CH, 2&3CH) en bevat geen opgeloste oefeningen
- gebruik van een rekenmachine is toegelaten
- samenstelling van de vragen:
- hoogstens 50% van de vragen zijn louter kennisvragen (correct toepassen van de statistische technieken, correct uitvoeren van berekeningen, reproduceren van begrippen en definities)
- minstens 50% van de vragen zijn interpretatievragen (correct kiezen voor een bepaalde techniek, interpretatie van de resultaten, interpretatie van de onderzoeksresultaten van
Berekening van de cijfers voor elk opleidingsonderdeel - Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten - Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende facetten waarbij de uren sbu als wegingcoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties derden)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
idem
(toets duurt 2u)
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Stage en eindwerk BI |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Neen | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100015 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | gespecialiseerd | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 3 - Periode 2 | Contacturen: | 0 | Aantal studiepunten: | 23 | Totaal studietijd: | 598 | Examencontract: | niet mogelijk | Deliberatie: | niet mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Anneleen Soetaert |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De stageperiode is het sluitstuk van de opleiding; deze periode loopt over 14 werkweken in de 2° helft van het academiejaar. De stage verloopt in een bedrijf of instelling onder leiding van een deskundige van het bedrijf (stagementor). Dit kan zowel in het binnen- als buitenland.
Het stagewerk van de studenten Biochemie situeert zich rond topics zoals nucleïnezuuranalyse, eiwitopzuivering, celkweek, plantenbiotechnologie, opkweek recombinante micro-organismen in fermentoren en mileubiochemie. De studenten kunnen tijdens hun stage een brede waaier van onderzoekstechnieken verder inoefenen door mee te draaien in een onderzoekseenheid op een bedrijf of universitaire instelling.
Binnen de stage-werkzaamheden wordt ruimte voorzien voor het schrijven van een eindwerk, d.i. een uitgebreid verslag over een onderwerp dat nader werd onderzocht.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH231 onderscheidt hoofd- en bijzaken
- CH232 structureert informatie op een overzichtelijke manier
- CH233 gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem
- CH234 schat de mogelijkheden en/of beperkingen van de werkmethoden correct in
- CH236 evalueert resultaten kritisch
- CH238 verzamelt gegevens en,/of meetresultaten in tabelvorm, volgens de richtlijnen
- CH239 werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- CH248 levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit
- CH249 controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- CH251 algemeen: maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen
- CH252 algemeen: maakt gebruik van de correcte wetenschappelijke terminologie
- CH253 mondeling: drukt zich vlot en verstaanbaar uit
- CH256 schriftelijk: maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH367 heeft inzicht in de belangrijkste biochemische onderzoeksmethoden
- CH368 kent de courante biotechnologische en moleculair biologische processen
- CH369 beschikt over geïntegreerde biochemische laboratoriumvaardigheden
- CH370 functioneert in een wetenschappelijk onderzoeksteam
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student doet beroepservaring op tijdens zijn stage.
1. De student herkent aangeleerde technieken en maakt kennis met reële toepassingen. 2. De student leert zelfstandig werken. 3. De student ontwikkelt de nodige sociale vaardigheden om met collega’s en oversten vlot te communiceren. 4. De student leert de resultaten van een uitgebreider onderzoeksproject op een correcte wetenschappelijke wijze schriftelijk en mondeling rapporteren.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
'Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor het voltijdse modelpakket 1, en moet je je ook inschrijven voor: Onderzoekstechnieken; Genen toegepast; Biotechnologie; Geïntegreerd lab en seminaries.' 'Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 2 CH_BI en moet je ook inschrijven vr Genen toegepast, Biochemische technieken, Biotechnologie, Kwaliteitszorg & projectmanagement(BI), Geïnt. lab & seminaries(BI)'
|
|
Andere begincompetenties
|
De parate kennis en vaardigheden aangaande de verschillende opleidingsonderdelen uit de opleiding.
|
LEERINHOUDEN
|
- De stageplaats voor de richting Biochemie situeert zich in farmaceutische, biotechnologische en voedingstechnische bedrijven. Hier nemen de studenten deel aan researchopdrachten waar ze onder begeleiding een deelaspect van het onderzoek op zich nemen.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- De stagebrochure en de syllabus "Rapportering eindwerk".
- Indien verder nodig, voorzien door de stagementor.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
0
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
- De lector-stagecoördinator wijst de student een stageplaats toe in een bedrijf of onderzoeksinstelling, met aandacht voor de interesses, voorkeuren en woonplaats van de student.
- De lector-stagebegeleider onderhoudt de contacten met het bedrijf en de student.
- De stagementor is verantwoordelijk voor de goede gang van zaken op de stageplaats.
- Tijdens de stage is er een terugkomdag (o.m. reflectiemoment) binnen de hogeschool.
- Er wordt een proefverdediging van het eindwerk georganiseerd binnen de hogeschool.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- De stagementor beoordeelt het stageverloop a.h.v. een stagebeoordelingsformulier. Na de stage dient het eindwerk te worden verdedigd voor een jury.
- Het totaalcijfer voor de stage staat voor circa 40% van de totale jaarpunten en is samengesteld uit de volgende deelevaluaties:
- de activiteiten gedurende de stageperiode: 60% (stagementor) - het eindwerk: 24% (stagementor + lezers) - de mondelinge presentatie en verdediging: 16% (jury).
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- Het eindwerk kan ingediend worden tegen de tweede examenperiode. De eindwerkverdediging gebeurt dan in de tweede zittijd.
- Het eindwerk kan herschreven en opnieuw verdedigd worden indien dit de oorzaak is van niet slagen voor de totale stage.
- Het praktische werk kan niet herdaan worden tijdens de maanden juli en augustus.
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Genen toegepast |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Ja | O.O. bestaat uit componenten: | Immunologie Gentechnologie
| Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100016 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 3 - Periode 1 | Contacturen: | 50 | Aantal studiepunten: | 6 | Totaal studietijd: | 156 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Karen Pittois |
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Alle info: zie deelfiches
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: De levende cel, Microbiologie
|
|
Andere begincompetenties
|
Alle info: zie deelfiches
|
WEGING
|
|
Componenten | Weging | Immunologie | 44% | Gentechnologie | 56% |
|
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Immunologie |
|
|
|
Component behoort tot: | Genen toegepast | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100016 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Karen Pittois |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De leer van het verweer met zijn cellen en eiwitten wordt bekeken. Er is een niet-specifiek en een specifiek luik, hiervan worden de werkingsmechanismen behandeld. Antigenen en antilichamen (vooral monoklonale antilichamen) worden uitgebreid bekeken. Het immuunsysteem kan ook ontsporen: hyper, hypo, en auto-immuniteit worden behandeld.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
· Situeert het verweer · Benoemt en beschrijft de verschillende barrières uit het specifiek verweer · Benoemt moleculen en cellen uit het niet-specifiek verweer en beschrijft de werking · Benoemt en verklaart de kenmerken van een ontstekingsreactie · Benoemt de belangrijkste gelijkenissen en verschillen tussen het specifiek en het niet-specifiek verweer · Benoemt de verschillende soorten antigenen en hun eigenschappen · Beschrijft de klinisch relevante antigenen (ABO, Rhesus en HLA) · Beschrijft de structuur, soorten en werking van antilichamen · Benoemt de gevolgen van antigeen/antilichaam binding · Benoemt de cellen en organen van het specifiek verweer en beschrijft hun functie · Beschrijft het verschil tussen de humorale en cellulaire respons · Legt de werking van het specifiek verweer tegen infectieuze deeltjes uit (bacteriën, virussen, parasieten, gisten en schimmels) · Omschrijft het productieproces van monoklonale antilichamen · Benoemt de mogelijke toepassingen van monoklonale antilichamen · Geeft een indeling van de verschillende immuuntesten en licht toe met voorbeelden · Benoemt een gegeven immuuntest, klassificeert deze en benoemt de eigenschappen · Benoemt de drie hoofdvormen van de immuunpathologie · Geeft voorbeelden van de verschillende immuunpathologieën · Geeft de onderliggende mechanismen van de geziene immuunafwijkingen · Bespreekt de immuuntesten die de verschillende immuunafwijkingen opsporen
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: De levende cel, Microbiologie
|
|
Andere begincompetenties
|
biochemie (M2) dient herhaald te worden om te starten.
|
LEERINHOUDEN
|
- Inleiding tot het verweer: plaats van het verweer. Verschillen tussen specifiek en niet-specifiek verweer. - Het niet-specifiek verweer: barrières, cellen, eiwitten en werking - Het specifiek verweer: a. Moleculen: antigenen, het MHC-complex, receptoren, immuunglobulinen b. Cellen en organen c. Werking: verweer tegen infectieuze deeltjes, ontsnappingsmechanismen - Monoklonale antilichamen: productie en toepassingen - Afwijkingen van het immuunsysteem: a. Hypersensitiviteit: type I tot type IV b. Immuundeficiënties: AIDS (het virus, pathogenese en diagnostiek) c. Autoimmuniteit: voorbeelden en mechanismen
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Bundeling powerpoint slides met notities (Auteur: Karen Pittois)
- Boek « Immunology » Lippincott’s Illustrated Reviews. Eds. Richard A. Harvey, Pamela C. Champe. Wolters Kluwer. ISBN 0-7817-9543-5/978-0-7817-9543-2.
- Boek: “How the immune system Works” 3th ed. 2008. L. Sompayrac. Blackwell Publishing. 978 1 4051 6221 0 (aanwezig in bib, niet verplicht)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
26
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
- hoorcolleges van twee uur
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
examen (INT7-1) tijdens examenperiode
- het examen bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte.
- het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden.
- op het mondeling en het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
Berekening van het cijfer voor het opleidingsonderdeel - Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten - Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende facetten waarbij de uren sbu als wegingcoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
idem
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Gentechnologie |
|
|
|
Component behoort tot: | Genen toegepast | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100016 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Karen Pittois |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Dit vak wordt ingeleid met een korte herhaling van de opbouw van ons erfelijk materiaal. De techniek PCR voor de amplificatie van dit erfelijk materiaal wordt uitgebreid behandeld. Er wordt kennis gemaakt met de technieken en enzymen uit de recombinant DNA technologie. Aanmaak van recombinant DNA wordt besproken, de productie van cDNA bibliotheken en het gebruik van universele kloneringstechnieken. Verder wordt er een introductie gegeven tot de recombinante expressie in prokaryoten en eurkaryoten. Er worden technieken bestudeerd om de expressie van genen uit te schakelen op drie niveaus (gen-, RNA- en eiwitniveau).
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
·
·
Beschrijft het principe van de PCR reactie, de vereisten en de risico’s en de mogelijke detectiesystemen
·
Benoemt de verschillende componenten van een PCR reactie en berekent de hoeveelheden
·
Benoemt en beschrijft varianten en alternatieven voor PCR en hun toepassingen
·
Kiest de juiste PCR variant voor een gegeven toepassing
·
Benoemt en beschrijft kwantitatieve PCR procedures
·
Benoemt de verschillende enzymen die gebruikt worden in de gentechnologie en hun toepassingen en beschrijft hun werking
·
Kiest het juiste enzym voor een gentechnologische toepassing
·
Gebruikt de verschillende notaties voor nucleotiden
·
Geeft de verschillende stappen voor de aanmaak van recombinant DNA
·
Duidt de juiste vector aan voor een moleculaire klonering
·
Geeft de verschillende stappen in de aanmaak van een cDNA –bibliotheek
·
Beschrijft de werking van de toegelichte commerciële kloneringssystemen adhv een schema
·
Somt de verschillende stappen op voor de aanmaak van eiwitten in een prokaryoot expressiesysteem
·
Tekent een prokaryote expressievector en benoemt de verschillende noodzakelijke en optionele onderdelen
·
Legt uit hoe induceerbare expressiesystemen werken en waarom ze gebruikt worden
·
Geeft toelichting bij de verschillende eukaryote expressiesystemen adhv een schema
·
Benoemt en beschrijft de technieken waarmee men genactiviteit kan stilleggen voor elke niveau waarop dit mogelijk is (DNA-RNA-eiwit)
·
Tekent schema’s
van ALLE verschillende besproken technieken
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: De levende cel, Microbiologie
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
PCR: principe, vereisten, componenten van de reactie, risico’s en analyse van de genproducten
-
PCR: Varianten en alternatieven: hot start, touch down, nested PCR, RT-PCR, e-PCR, PCR-SSCP, ASO-PCR
-
Kwantitatieve PCR: competitieve PCR en real time PCR
-
Enzymen gebruikt in de gentechnologie en hun toepassingen
-
Verschillende notaties voor nucleotiden
-
Verschillende vectoren en hun gebruik
-
Aanmaak van recombinant DNA (moleculaire klonering) en transformatie
o
Blauw-wit screening
o
Aanmaak van cDNA bibliotheken
o
Screening van DNA bibliotheken
o
Universele kloneringstechnieken
-
Recombinante expressie in prokaryoten:
o
Klonering, transformatie en zuivering
-
Expressie in eukaryote systemen:
o
Expressie in gist
o
Expressie in dierlijke cellen
o
Celvrije systemen
-
Induceerbare expressiesystemen
-
Gene silencing op 3 niveaus:
o
Geninactivatie
o
Post-transcriptionele inactivatie: inactivatie van RNA
o
Eiwit-inactivatie
|
STUDIEMATERIAAL
|
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
26
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode
- het examen bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte.
- het mondelinge gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden.
- op het mondeling als het schriftelijke examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
Berekening van het cijfer voor het opleidingsonderdeel
- Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten - Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende facetten waarbij de uren sbu als wegingcoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
Idem
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Biotechnologie |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Ja | O.O. bestaat uit componenten: | Milieuchemie Fermentatietechnologie Groene biotechnologie
| Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100017 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | uitdiepend | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 3 - Periode 1 | Contacturen: | 46 | Aantal studiepunten: | 5 | Totaal studietijd: | 130 | Examencontract: | mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Mark Spanoghe Anneleen Soetaert |
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH230 benoemt de kern van het probleem
- CH235 baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- CH237 gebruikt informatiebronnen kritisch
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH365 analyseert multidisciplinaire problemen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Zie deelfiches.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: De levende cel, Microbiologie, Aromaten
|
|
Andere begincompetenties
|
Zie deelfiches
|
WEGING
|
|
Componenten | Weging | Milieuchemie | 56% | Fermentatietechnologie | 22% | Groene biotechnologie | 22% |
|
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Milieuchemie |
|
|
|
Component behoort tot: | Biotechnologie | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100017 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Mark Spanoghe Anneleen Soetaert |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Initiatie tot de belangrijkste milieu-biotopen: water, lucht, bodem en hun samenhang met de industriële wereld. Tijdens de lessen wordt geprobeerd om de reeds bestaande kennis van de student te linken aan milieutopics. Een bijkomend topic is een korte inleiding in de radiochemie met focus op de milieu-impact en de detectietechnieken.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH230 benoemt de kern van het probleem
- CH235 baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH365 analyseert multidisciplinaire problemen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- beseft dat het milieu een belangrijk biotoop is, dat optimaal bewaard moet blijven
- (h)erkent dat milieu niet om lucht, water en bodem gaat, maar één geheel vormt. Het voorbeeld van zure regen illustreert dit ten volle.
- legt links met kennis uit andere vakgebieden en past deze toe in een milieucontext
- onderscheidt de verschillende vormen van straling en kent hun toepassingsgebieden
- begrijpt de fysische achtergrond van de verschillende technieken om radioactieve straling te detecteren
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: De levende cel, Microbiologie, Aromaten
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
1. Inleiding: belang van milieuzorg 2. Water a. Belasting van het oppervlaktewater door afvalwater b. Belangrijke parameters voor de waterkwaliteit -Biochemisch zuurstofverbruik -Chemisch zuurstofverbruik -Totale organische koolstof -Zuurtegraad -Droogrest -Nutriënten c. Zelfreinigend vermogen van oppervlaktewater d. Eutrofiëring e. Zuivering in een rioolwaterzuiveringinstallatie -Mechanisch fysische zuivering -Biologische zuivering -Slibverwerking f. Industrieel afvalwater 3. Lucht a. Luchtkwaliteit b. Bronnen van verontreiniging c. T-profielen d. Gasvormige luchtverontreiniging e. Broeikaseffect f. Zure regen g. Gat in de ozonlaag h. Fotochemische mist i. Zwevend stof 4. Bodem a. Samenstelling b. Verontreiniging -Bronnen -Stoffen c. Zware Metalen d. Pesticiden 5. Relatie milieu en industrie 6. Inleiding tot de radiochemie
|
STUDIEMATERIAAL
|
1. cursus milieuchemie (op e-campus) – auteur: Caroline Meyers – Plantijn Hogeschool 2011 2. cursus radiochemie (op e-campus) – auteur: Hubert Nachtegaele - Plantijn Hogeschool 2011 3. bezoek afvalverwerking Isvag (Wilrijk)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
33
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
Verplichte aanwezigheid voor de mogelijke seminaries met gastsprekers en voor het bezoek aan Isvag.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
- Schriftelijke integratieve toetsing INT7-3, tijdens de examenweek
- Op het examen worden zowel kennis-, inzichts-, als toepassingsvragen gesteld en wordt gepeild naar het redeneervermogen van de student.
- Het cijfer van de integratieve toetsing INT7-3, wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten.
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
Schriftelijke integratieve toetsing INT7-3, tijdens de examenweek
Op het examen worden zowel kennis-, inzichts-, als toepassingsvragen gesteld en wordt gepeild naar het redeneervermogen van de student.
Afwezigheden
- Bij gewettigde afwezigheid voor een praktijksessie haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
- Bij een ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere ongewettigde afwezigheden haalt de studenten een A op dit opleidingsonderdeel.
Berekening van de cijfers voor elk opleidingsonderdeel
- Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten
- Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende facetten waarbij de uren sbu als wegingcoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
-
niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
-
afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten
-
niet uitvoeren van individuele taken
-
niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Fermentatietechnologie |
|
|
|
Component behoort tot: | Biotechnologie | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100017 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Mark Spanoghe Anneleen Soetaert |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Bij fermentatieprocessen worden microörganismen zoals bacteriën, schimmels en gisten ingezet in de productie van bruikbare stoffen op industriële schaal. Ze kunnen vitaminen, biobrandstoffen, geurstoffen, geneesmiddelen en enzymen produceren.
Deze microörganismen komen in de natuur wijdverspreid voor waar ze echter zelden optimale groei omstandigheden treffen. Tijdens de industriële fermentaties worden de optimale voorwaarden (voedingsstoffen, pH, temperatuur,...) gecreëerd voor de groei van deze organismen en de vorming van nuttige producten. Bovendien kan via gentechnologische technieken het genetisch materiaal van deze microörganismen gewijzigd worden waardoor een heel gamma van nuttige metabolieten en enzymen geproduceerd kunnen worden.
In deze cursus is het de bedoeling de kweekomstandigheden van industriële fermentaties te belichten alsook een aantal praktische voorbeelden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH237 gebruikt informatiebronnen kritisch
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Situeert het begrip witte biotechnologie en haalt een aantal voorbeelden uit het dagelijks leven aan.
- Noemt soorten kweek-principes en type bioreactoren op.
- Beschrijft de componenten van de industriële fermentatie media.
- Heeft inzicht in controle en sturing van fermentatieprocessen.
- Legt enkele toepassingen van fermentatie met betrekking tot metabolic engineering en het onderliggend principe uit.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: De levende cel, Microbiologie, Aromaten
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
1. Industriële of witte biotechnologie 2. Industriële fermentatie a. Upscaling: van erlenmeyer tot 500.000l reactor b. Microbiële kweekprincipes: batch, fed batch, chemostat c. Type bioreactoren d. Controle en sturing van het fermentatieproces: (o.a. O2, CO2, pH, zuur, base, T, roersnelheid, schuimvorming, influent, effluent) 3. Protocol van een aerobe E. coli batch fermentatie en een gistfermentatie 4. Metabolic Engineering 5. Downstream Processing 6. Bespreking aantal praktische voorbeelden 7. Uitwerken presentatie i.v.m. een toepassing van een fermentatieproces op basis van een recent wetenschappelijk artikel.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursus 'Fermentatietechnologie' - auteur: Anneleen Soetaert - Plantijn Hogeschool.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
30
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
Toetsing INT7-3, tijdens de examenperiode a. het examen is schriftelijk b. op het examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
Afwezigheden- Bij gewettigde afwezigheid voor een praktijksessie haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel. - Bij een ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere ongewettigde afwezigheden haalt de studenten een A op dit opleidingsonderdeel.
Berekening van de cijfers voor elk opleidingsonderdeel - Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten
- Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende facetten waarbij de uren sbu als wegingcoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten niet uitvoeren van individuele taken niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd. De toets wordt hernomen, de punten van de verplichte activiteiten worden overgedragen.
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Groene biotechnologie |
|
|
|
Component behoort tot: | Biotechnologie | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100017 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Mark Spanoghe Anneleen Soetaert |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In de cursus groene biotechnologie wordt de stap naar de anatomie en de fysiologie van de plant gezet. Naast de verschillende planten weefselsystemen wordt de ontwikkeling en anatomie van wortel en scheut gedetailleerd besproken. Hierna komen de processen van reproductie, fotosynthese en de werking van plantenhormonen aanbod. Met dit inzicht kan dan de link gemaakt worden naar genetische planten manipulaties voor onderzoeksdoeleinden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. benoemt de basis anatomie van de plant en celwand. 2. legt het verschil tussen het vasculair en het grondweefsel uit. 3. bespreekt de levenscycli van de sporeplanten, gymnospermen en angiospermen. 4. somt de verschillende plantenhormonen op met hun functie in de plant. 5. beschrijft het principe van de fotosynthese. 6. licht een aantal toepassingen van plantenbiotechnologie toe.
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: De levende cel, Microbiologie, Aromaten
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
1. Plantenanatomie: a. De plantencel en celwand b. Meristemen c. Weefselsystemen d. De wortel e. De scheut 2. Reproductie: a. Evolutie en verscheidenheid b. Sporeplanten c. Gymnospermen (naaktzadigen) d. Angiospermen (bedektzadigen) 3. Fotosynthese: a. Rol van pigmenten b. De fotosystemen en het Z-schema c. C3-C4 planten 4. Hormonen: a. Auxines b. Cytokinines c. Ethyleen d. Abscisine zuur e. Gibberellines 5. Plantenbiotechnologie: a. Plantenweefselculturen b. Plantentransformatie technieken c. Vectoren d. Arabidopsis thaliana als modelorgansime e. Doelwitten van genetische manipulatiesRisico’s en voordelen
|
STUDIEMATERIAAL
|
1. Cursus 'Groene biotechnologie'- auteur: Anneleen Soetaert - Plantijn Hogeschool.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
30
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
Toetsing INT7-3, tijdens de examenperiode a. het examen is schriftelijk b. op het examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
Afwezigheden
- Bij gewettigde afwezigheid voor een praktijksessie haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
- Bij een ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere ongewettigde afwezigheden haalt de studenten een A op dit opleidingsonderdeel.
Berekening van de cijfers voor het opleidingsonderdeel
- Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten
- Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende facetten waarbij de uren sbu als wegingcoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten niet uitvoeren van individuele taken niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Geïntegreerd lab en seminaries |
|
|
|
O.O. heeft componenten: | Ja | O.O. bestaat uit componenten: | POP 3 Seminaries Geïntegreerd lab
| Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100018 | Academiejaar: | 2011-2012 | Type: | kern, | Niveau: | gespecialiseerd | Periode binnen het modeltraject: | Modelpakket 3 - Periode 1 | Contacturen: | 207 | Aantal studiepunten: | 17 | Totaal studietijd: | 442 | Examencontract: | niet mogelijk | Deliberatie: | mogelijk | Vrijstelling: | mogelijk | Onderwijstaal: | Nederlands, | Lector(en) | Anneleen Soetaert |
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
- CH106 blijft onder druk zorgvuldig werken
- CH109 blijft planmatig werken onder stress
- CH113 steekt spontaan "een tandje bij", bij verhoogde werkdruk
- CH115 handelt volgens de geldende milieunormen
- CH116 neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (ondermeer "meldt fouten en incidenten")
- CH118 respecteert deadlines/afspraken
- CH119 toont respect voor materiaal en het gebruik ervan
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH235 baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- CH238 verzamelt gegevens en,/of meetresultaten in tabelvorm, volgens de richtlijnen
- CH239 werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- CH244 bereidt taken systematisch voor
- CH245 organiseert het werk in een efficiënte planning
- CH251 algemeen: maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen
- CH252 algemeen: maakt gebruik van de correcte wetenschappelijke terminologie
- CH256 schriftelijk: maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- CH257 handelt spontaan volgens procedures beschreven in de brochure "Kwaliteit en veiligheid"
- CH258 schat veiligheidsrisico's in, zoekt de relevante info op en past ze zinvol toe
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH376 bevordert het resultaatgericht werken van een groep medewerkers
- CH379 neemt beslissingen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
alle info zie deelfiches
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je je ook inschrijven voor: Onderzoekstechnieken, Genen toegepast, Biotechnologie
|
|
Andere begincompetenties
|
alle info zie deelfiches
|
WEGING
|
|
Componenten | Weging | POP 3 | 5% | Seminaries | 5% | Geïntegreerd lab | 90% |
|
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - POP 3 |
|
|
|
Component behoort tot: | Geïntegreerd lab en seminaries | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100018 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Anneleen Soetaert |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Het bijhouden van de POP map dient als hulp voor de student om zijn studie zelf te kunnen opvolgen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH104 gaat constructief om met kritiek
- CH105 leert uit zijn fouten
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Het POP draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van het opleidingsdoel: reflecteren over het eigen handelen tegenover derden.
Dank zij het POP
- kan de student reflecteren over het eigen handelen
- en is er een basis gelegd voor reflecties in het latere werkveld (de stage)
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je je ook inschrijven voor: Onderzoekstechnieken, Genen toegepast, Biotechnologie
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
Het POP is een persoonlijk dossier waarmee de student zijn studievoortgang aantoont. De student leert hiermee bovendien wat ‘zelfreflectie’ inhoudt en dit als voorbereiding op stage, eindwerk en latere werkveld.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- "Het algemene CGO-boek"
- map met invulbladen
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Het POP wordt geëvalueerd op zijn volledigheid.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Het POP wordt geëvalueerd op zijn volledigheid.
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Seminaries |
|
|
|
Component behoort tot: | Geïntegreerd lab en seminaries | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100018 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Anneleen Soetaert |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Tijdens de seminaries worden enkele specifieke onderwerpen behandeld. Onderwerpen van de seminaries Bioinformatica Waterzuiveringssystemen Basisbegrippen LC-MS Het seminarie Bioinformatica wordt gegeven door Peter Partoens. Na een korte inleiding over het nut van bioinformatica in het wetenschappelijk onderzoek worden een aantal databanken voorgesteld en wordt aangeleerd op welke manier hier efficiënt mee kan gewerkt worden. Hierna komen een aantal veel gebruikte tools aan bod zowel gericht op DNA-technologie als op eiwit-werk. Nadruk in dit seminarie ligt op het leren gebruiken van de bio-informatica tools en niet op de achterliggende informatica. Vandaar dat deze cursus voornamelijk bestaat uit oefeningen. De seminaries rond waterzuivering en LC-MS worden gegeven door gastsprekers. Deze seminaries worden in deze periode gepland volgens beschikbaarheid van deze gastsprekers. Het opgegeven aantal cu HO kan daarom aangepast worden tijdens de periode.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
- CH106 blijft onder druk zorgvuldig werken
- CH109 blijft planmatig werken onder stress
- CH113 steekt spontaan "een tandje bij", bij verhoogde werkdruk
- CH115 handelt volgens de geldende milieunormen
- CH116 neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (ondermeer "meldt fouten en incidenten")
- CH118 respecteert deadlines/afspraken
- CH119 toont respect voor materiaal en het gebruik ervan
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH234 schat de mogelijkheden en/of beperkingen van de werkmethoden correct in
- CH235 baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- CH237 gebruikt informatiebronnen kritisch
- CH238 verzamelt gegevens en,/of meetresultaten in tabelvorm, volgens de richtlijnen
- CH239 werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- CH244 bereidt taken systematisch voor
- CH245 organiseert het werk in een efficiënte planning
- CH251 algemeen: maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen
- CH252 algemeen: maakt gebruik van de correcte wetenschappelijke terminologie
- CH256 schriftelijk: maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- CH257 handelt spontaan volgens procedures beschreven in de brochure "Kwaliteit en veiligheid"
- CH258 schat veiligheidsrisico's in, zoekt de relevante info op en past ze zinvol toe
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH367 heeft inzicht in de belangrijkste biochemische onderzoeksmethoden
- CH368 kent de courante biotechnologische en moleculair biologische processen
- CH369 beschikt over geïntegreerde biochemische laboratoriumvaardigheden
- CH376 bevordert het resultaatgericht werken van een groep medewerkers
- CH379 neemt beslissingen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Specifiek voor het bioinformatica seminarie
- gebruikt de voornaamste bioinformatica tools efficiënt
- past deze tools geïntegreerd toe in moleculair biologisch onderzoek
- maakt zich nieuw ontwikkelde tools eigen
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je je ook inschrijven voor: Onderzoekstechnieken, Genen toegepast, Biotechnologie
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
Bioinformatica Waterzuiveringssystemen Basisbegrippen LC-MS
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
Ppt-cursus Bioinformatica – Peter Partoens - Plantijn Hogeschool 2011
-
Alle voorgestelde bio-informatica-tools zijn publiekelijk toegankelijk op het internet
-
nota’s van de verschillende gastsprekers
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
50
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
Aanwezigheid is verplicht. Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. De opgedane kennis en deskundigheid wordt mee geëvalueerd tijdens de integratieve toets INT 7-4. Wat betreft bio-informatica zal er niet gepeild worden naar theoretische kennis. De student moet de correcte tools kunnen toepassen in oefeningen komende uit reeële onderzoekssituaties. Berekening van het ‘cijfer’ voor het elk opleidingsonderdeel - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
De toets INT 7-4 wordt hernomen
|
|
|
| |
Voltijds modelpakket 3 - Biochemie - Geïntegreerd lab |
|
|
|
Component behoort tot: | Geïntegreerd lab en seminaries | Afstudeerrichting//Leertraject: | Biochemie | Code: | 4160100018 | Academiejaar: | 2011-2012 | Lector(en) | Anneleen Soetaert |
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Theorie en praktijk zijn voor de component "Geïntegreerd lab" zeer nauw met elkaar verweven. Ook hier is de rode draad "van gen naar eiwit". Laboratorium- en technologische vaardigheden inzake manipulatie van levende cellen op micro- en macroniveau, moleculair biologische technieken, celbiologische technieken, eiwit- en nucleïnezuurzuivering, karakterisatiemethoden en gebruik van databanken worden ingeoefend. Bijzondere aandacht wordt besteed aan veilig- en kwaliteitsvol werken. Door specifieke opdrachten en projectwerk worden studenten vertrouwd met researchtechnieken en wordt het teamwerk bevorderd.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- CH101 zoekt opheldering door het stellen van vragen
- CH106 blijft onder druk zorgvuldig werken
- CH109 blijft planmatig werken onder stress
- CH113 steekt spontaan "een tandje bij", bij verhoogde werkdruk
- CH115 handelt volgens de geldende milieunormen
- CH116 neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (ondermeer "meldt fouten en incidenten")
- CH118 respecteert deadlines/afspraken
- CH119 toont respect voor materiaal en het gebruik ervan
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH235 baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- CH238 verzamelt gegevens en,/of meetresultaten in tabelvorm, volgens de richtlijnen
- CH239 werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- CH244 bereidt taken systematisch voor
- CH245 organiseert het werk in een efficiënte planning
- CH251 algemeen: maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen
- CH252 algemeen: maakt gebruik van de correcte wetenschappelijke terminologie
- CH256 schriftelijk: maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- CH257 handelt spontaan volgens procedures beschreven in de brochure "Kwaliteit en veiligheid"
- CH258 schat veiligheidsrisico's in, zoekt de relevante info op en past ze zinvol toe
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH376 bevordert het resultaatgericht werken van een groep medewerkers
- CH379 neemt beslissingen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. denkt analytisch en professioneel. 2. toont leerbereidheid. 3. is kritisch ingesteld. 4. Rapporteert correct. 5. analyseert multidisciplinaire problemen en bezit een sterk gevoel voor kwaliteitsborging. 6. Bezit goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden inzake wetenschappelijke onderzoeksmethoden, manipulatie van levende cellen (eukaryoten en prokaryoten) op micro- en macroniveau, moleculair biologische technieken, celbiologische technieken, eiwit- en nucleïnezuurzuivering en karakterisatiemethoden. 7. begrijpt van de principes van de methoden en technieken. 8. past informaticatools toe. 9. bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel 10. raadpleegt en gebruikt eiwit- en nucleïnezuurdatabanken. 11. Maakt een efficiënte planning en tijdsindeling voor de uit te voeren proeven. 12. Voert nauwkeurig klassieke analytische methoden en instrumentale analytische technieken uit. 13. Zet de meetwaarden om naar de gevraagde concentraties in het monster. 14. Verwerkt de resultaten statistisch. 15. Verwerkt de resultaten in een wetenschappelijk en taalkundig correct verslag en rapporteert hierover mondeling. 16. Schrijft een praktijkjournaal volgens de voorschriften. 17. Bedient klein-schalige fermentor’s en verwerft een praktisch inzicht i.v.m. de sturing van fermentatieprocessen. 18. Volgt veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet en bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel. 19. Voert op een correcte manier een job safety analyse uit en schrijft een SOP uit.. 20. Voert in groep een opdracht uit
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
|
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je je ook inschrijven voor: Onderzoekstechnieken, Genen toegepast, Biotechnologie
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
In het geïntegreerd lab komen verschillende aspecten uit de biotechnologie, celbiologie en fermentatie aan bod. Kennis en vaardigheden verworven gedurende de drie jaren worden hierbij toegepast en ingeoefend. Tijdens de seminaries worden enkele specifieke onderwerpen behandeld. Zij worden gegeven door gastsprekers en kunnen momenteel nog niet ingevuld worden in de lesweken. Groepswerk en enkele Engelstalige labopdrachten bereiden de student voor om te werken in een multiculturele en internationale omgeving.
- Isolatie nucleïnezuren (plasmiden uit bacteriën, chromosomaal DNA uit bloed en planten)
- PCR-reacties
- Digesties met restrictie-enzymen, ligaties,…
- ELISA’s
- Eiwit- en nucleïnezuurchromatografie en elektroforese
- Blotten
- Toepassen centrifugatie, concentreringstechnieken, dialyse, kleurreacties, karakterisatiemethoden,…
- Gebruik databanken
- Uitwerken individuele onderzoeksopdracht i.v.m. stage
- Project "Van gen naar eiwit"
- Celkweeklabo (uitplaten, tellen, mycoplasma contaminatie, cytotoxiciteitstest)
- Fermentatielab
- Opstellen job safety analyse
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursusdeel geïntegreerd lab deel 1 – auteur: Els Van doorslaer, Anneleen Soetaert, Peter Partoens, Karen Pittois – Plantijn Hogeschool. Cursus geïntegreerd lab deel2- autheur Anneleen Soetaert-Plantijn Hogeschool. Dewilde Sylvia, Geuens Eva, Moens Luc, Van doorslaer Els,2011. Experimentele vaardigheden 2. Biochemische vaardigheden. Acadmie Press, p294, ISBN 9789038216478
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
|
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
%
|
practicum en oefeningen:
|
39
|
%
|
vormen van groepsleren:
|
|
%
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
Evaluatie van de practica:
- aanwezigheid
- permanente evaluatie van praktische vaardigheden
- evaluatie van verslagen
- controle praktijkjournaal (labschrift)
- uitvoeren job safety analyse
- opstellen SOP
- literatuuronderzoek opdracht + presentatie en poster
- uitvoeren project + presentatie
- toetsing INT 7-4
Op het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student. Puntenverdeling:
- 50% jaarwerk in lab
- 20% verslagen, presentaties
- 30% examen
Afwezigheden - Bij gewettigde afwezigheid voor een praktijksessie haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel. - Bij een ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere ongewettigde afwezigheden haalt de studenten een A op dit opleidingsonderdeel.
Berekening van het cijfer voor het opleidingsonderdeel - Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten
- Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende facetten waarbij de uren sbu als wegingcoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen afwezigheid tijdens de verplichte activiteiten niet uitvoeren van individuele taken niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Categorie | Weging van categorieën | Integratief examen | 100% |
|
|
|
| |
|
|
|
|